Inburgeren op Singraven
Wonen op Singraven betekent wonen als ‘noabers’, als buren met wie je een goede relatie onderhoudt. Vroeger was het ‘noaberschap’ belangrijk om samen te overleven als agrarische gemeenschap. In onze moderne tijd gaat het meer over rekening houden met elkaar.
In de Twentse taal grijpen veel woorden terug op het noaberschap. Neem het ‘intrekkersmoal’, een mooie traditie die we van harte aanmoedigen onder de toekomstige bewoners. Je zou het inburgeren kunnen noemen.
Hieronder nog wat andere typisch Twentse begrippen die u als bewoner van Singraven kan tegenkomen.
• Brommers kiek’n
Naar buiten gaan om te zoenen
• Carbidschieten
Twents alternatief voor vuurwerk met Oud en Nieuw. Met carbid, wat water, een oude melkbus en een aansteker worden harde knallen gemaakt.
• Goed te pas
Je goed voelen, goed in je vel zitten
• Intrekkersmoal
Eet- en feestgelegenheid waarbij je alle noabers (buren) uitnodigt, nadat je in Singraven bent komen wonen.
• Judas en Iskario
Hoofdrolspelers van het ritueel van het Paasstaakhalen. Judas wijst de boom aan en klimt er in.
• ‘Kan nog wel es kieken’
Twentse uitdrukking die gebruikt wordt als antwoord op een verzoek, bijvoorbeeld de uitnodiging om op de koffie te komen. Letterlijk ‘Ik zal even kijken wat ik doe’. De uitdrukking kan zowel ‘Ja’ als ‘Nee’ betekenen, afhankelijk van hoe de Tukker die het zegt er bij kijkt.
• Klootschieten
Sport om met een met lood verzwaarde kogel (de kloot) onderhands zo ver mogelijk te werpen.
• Krentenwegge
Krentenbrood dat niet alleen bekend is om de uitstekende smaak, maar ook vanwege de bijzonder grote afmeting van dit krentenbrood. Van oorsprong is het een geschenk dat buren brachten bij de geboorte van een kind.
• Kroamschudd’n
Op kraamvisite gaan
• Lädderboys
De helpers van de Judas en Iskariot in Denekamp met Pasen, bestaande uit oud Judassen.
• Midwinterhoornblazen
Gebruik om in december vanaf de eerste zondag van de Advent tot Driekoningen op een traditionele houten hoorn te blazen tijdens de schemering. Bij de Doarper Mirweenterhoarnbloazers Denekamp kun je leren een hoorn te maken.
• Möllenproat (of Möllenmear)
Het uitwisselen van nieuwtjes bij de water- en zaagmolen op de Molendijk in Singraven.
• Noaber/ Noaberschop
roeger was de noaber je buurman, of vrouw. De ‘eerste’ en ‘tweede noaber’ zijn de mensen die je om hulp vroeg als er wat moest gebeuren op het land of in het Huis. Tegenwoordig zijn je noabers de buren tot wie je het meest verhoudt in de omgeving van je woning. Als je jarig bent, komen je noabers op de koffie.
• Noabersmoal
Eet- en feestgelegenheid waarbij iemand al zijn noabers uitnodigt. Kan verschillende aanleidingen hebben, zoals het gereedkomen van de bouw van een huis, het slagen van een dochter of gewoon omdat je er aan toe was.
• Voordeur
Dit is de deur van het huis die in Twente meestal niet gebruikt wordt. Noabers en vrienden komen achterom! De voordeur gebruikt een tukker alleen voor collectes en bij trouwerijen.
• Paasstaak halen of slepen
Jaarlijks ritueel op Paaszondag, waarbij Judas en Iskariot vanuit Denekamp naar het Huis Singraven wandelen om een lange boom (Paasstaak) voor het paasvuur gaan vragen bij de beheerder van Singraven. Naast het ritueel van de paasstaak van Denekamp kent Singraven ook nog een eigen Paasstaakritueel in het Huis.
• Ze hangen er met de benen uit
“Wat een drukte, ze hingen er echt met de benen uit!’’. Het was druk.
• Zie hebt ‘t nös mooi onder ‘n boom ligg’n
Het stel is uit elkaar.
• Tukker
De bijnaam die door sommige Nederlanders wordt gegeven aan Twentenaren.
• Paasvuur
Het grote feestvuur tijdens Pasen om acht uur ’s avonds in Denekamp. Elk gehucht heeft zijn eigen Paasvuur. Ook Singraven heeft er één bij het Huis.
• Roosjes maken
Gebruik om samen met noabers en vriendinnen (traditioneel alleen de vrouwen, roosjes van papier te vouwen bij een huwelijksfeest.
• De Ton
Houten ton die in de Paasstaak wordt bevestigd en die door Judas wordt aangestoken als startsein om het Paasvuur te beginnen.